maandag 6 mei 2013

'Big Picture Learning' docenten in de VS zijn 24/7 bereikbaar

De filosofie van Big Picture Learning draait om gepersonaliseerd leren, je passie volgen en eigen verantwoordelijkheid nemen over je leerproces. 'One kid at a time'-scholen worden ze ook wel genoemd. Ongeveer 15 leerlingen vormen een hechte groep die begeleid wordt door een docent, de 'advisor'. Deze advisor begeleidt zijn groep leerlingen gedurende hun hele schoolloopbaan.

In het kader van een studiereis van de KPC groep naar Amerika kreeg ik de unieke kans om dit (voortgezet)onderwijs een week te mogen ervaren. Uiteraard met mijn 'onderwijs-en-ict' bril op ging ik deze uitdaging aan.

Al snel werd duidelijk dat ict niet hoog op de agenda staat van deze scholen. Bij het personaliseren van het onderwijs wordt vooral geïnvesteerd in mensen. Het contact tussen leerlingen binnen de advisory en met hun advisor is van groot belang.
De band tussen leerling en docent is niet te vergelijken met hoe wij deze kennen. Zo sprak een advisor in adem over zijn twee biologische kinderen en zijn vijftien kinderen in zijn advisory. Een andere advisor vertelde dat hij het als vanzelfsprekend vindt dat wanneer hij in het weekend naar een museum gaat even checkt of er een paar leerlingen mee willen gaan.
Advisor ben je niet op werkdagen van negen tot vijf, dat is duidelijk. De betrokkenheid en bevlogenheid van deze mensen is ongelooflijk.

"I can't do this job without my cell phone"
Om dag en nacht bereikbaar te zijn is het niet meer dan logisch dat de leerlingen de advisor ook online kunnen bereiken. Advisors 'texten' (o.a. sms, whatsapp en mail) heel wat af. Niet alleen met leerlingen, maar ook met ouders en mentoren vanuit het bedrijfsleven.
Sommige advisors gebruiken de elo Edmodo. Ze gebruiken het als een soort Facebook voor de advisory en houden elkaar op de hoogte van hun ervaringen, leveren werk in en linken naar hun blog dat ze schrijven als ze op stage zijn.

Doordat leerlingen met name gestimuleerd worden om hun passie te ontdekken en daarmee aan de slag te gaan, is de vaste vakkenstructuur op school helemaal los gelaten. Taal en rekenen worden, net als hier, erg belangrijk gevonden. Daar krijgen ze dan ook traditioneel les in en worden ze regelmatig in getoetst. Voor de rest wordt uitgegaan van een persoonlijk leerplan en wordt hier een geschikte stageplaats (LTI, Learning Through Internship, genoemd) bij gezocht.

 
"History is my passion, but as an advisor I want my students to have their own passion"
Advisors moeten hun eigen vakgebied kunnen loslaten. De advisor die de lerarenopleiding geschiedenis heeft gevolgd vertelt oprecht dat het zijn passie is maar dat hij deze passie niet wil opleggen aan zijn leerlingen. Iedereen moet z'n eigen passie vinden en volgen. Dan komt leren vanzelf. Of te wel 'Leaving to Learn'.

Voor het communiceren met elkaar wordt ict dus volop ingezet, voor didactische doeleinden nog maar amper. Ze zijn hier wel mee bezig en willen bijvoorbeeld graag digiborden aanschaffen en tablets en laptops gebruiken, maar ook bij hen is het budget beperkt.
Over het aanschaffen van technologie ten behoeve van de beroepspraktijk hebben ze een duidelijke mening. Je kunt de beroepspraktijk nooit bijhouden, de ontwikkelingen gaan zo snel. Omdat alle leerlingen het hele jaar door twee dagen op stage zijn is dat ook helemaal niet nodig. Omgaan met die technologie leren ze in de praktijk.

In Nederland komen ook Big Picture scholen van de grond. Nog niet binnen het mbo. En ik vraag me ook af of dit realistisch is. Als het goed is hebben mbo-leerlingen hun passie al ontdekt en gevolgd door voor een passende beroepsgerichte opleiding te kiezen. Daarbij hebben wij een andere onderwijsstructuur en een andere cultuur.
Maar inspirerend was het zeker om een kijkje te nemen in een hele andere onderwijswereld waar gepersonaliseerd leren écht vorm krijgt.




dinsdag 16 april 2013

Onderwijstijd is onderwijskwaliteit!

De klok tikt door, het realiseren van het actieplan Focus op Vakmanschap komt dichterbij. Dat betekent onder andere dat instellingen zorg moeten dragen voor meer onderwijstijd.

Een probleem? Niet echt, het plannen en realiseren van 850 of straks 1.000 uren onderwijstijd blijkt voor veel mbo-instellingen goed te doen.

Maar hoe zit het met de kwaliteit van deze contacturen? Halen we het beste uit de studenten of zijn we gefixeerd op het verplichte aantal uren?
Helaas merk ik vaak dat het laatste het geval is. Vorige week op een conferentie werd een prachtig rekenmodel gepresenteerd waarbij instellingen precies kunnen zien hoeveel onderwijstijd ze geprogrammeerd hebben en wat dit betekent voor de inzet van docenten en de beschikbaarheid van lokalen. En is er een tekort aan een docent Marketing, dan kan uit het model afgelezen worden dat de docent Duits nog uren over heeft en dus Marketing kan gaan geven. Ietwat gechargeerd, maar zo kwam het op mij over. Oplossingen zoeken in de logistiek.

Mooi, maar naar mijn idee niet het uitgangspunt. In een concept dat APS voor Kennisnet ontwikkelde omtrent invulling van onderwijstijd geven zij duidelijk grafisch weer waar het om gaat. De student en zijn manier van leren staat centraal, daar wordt de didactiek op afgestemd en daaruit volgen de logistiek en organisatie van het leren.

Maar soms ziet deze figuur er anders uit...
Kennisnet ontwikkelt en verzamelt onderwijsconcepten die voldoen aan de normen die gesteld zijn aan onderwijstijd én uitgaan van het leren van de student. Om op een andere manier na te denken over de invulling van onderwijstijd komen we tot kwalitatief beter onderwijs.

De concepten die zijn ontwikkeld worden binnenkort gepubliceerd op de themasite rondom onderwijstijd: http://www.onderwijstijd.kennisnet.nl

donderdag 28 maart 2013

Docenten wel mediawijs maar niet mediavaardig

Soms heb je dat, toevallig  in één week verschillende activiteiten rondom één thema. Deze week stond in het teken van mediawijsheid.
Maandag begon het met de expertsessie Mediawijsheid die Kennisnet, Mediawijzer.net en OCW samen organiseerden. Met de aanwezige (ruim 30) experts werd eerst het competentiemodel doorgespit, onderzoeksresultaten verkend en praktijkvoorbeelden bekeken. Daarna gingen we aan de slag om een vertaling te maken naar scenario's om mediawijsheid te verankeren in het mbo-curriculum.

Wat me bij het onderzoek dat Dialogic die middag presenteerde opviel was dat docenten vanuit hun kritische en voorzichtige houding al behoorlijk mediawijs zijn. Dit in tegenstelling tot studenten. En waar het gaat om mediavaardigheid zijn de rollen juist omgedraaid.

Toen later in de week een oud-collega mij vroeg om een voorwoord te schrijven voor haar eindverslag van de opleiding tot mediacoach, had ik meteen een idee:

------------------------------------------------------------------------------------

Mediavaardig én mediawijs

Communiceren via Facebook en Twitter, de krant lezen op je tablet of een filmpje bekijken op Youtube. Het zijn slechts een paar voorbeelden van de manier waarop we nieuwe media dagelijks gebruiken. Ze bieden enorm veel kansen, maar gevaren zijn er ook.
De meeste mbo-instellingen richten zich helaas nog met name op de gevaren. Ze realiseren zich dat er iets moet gebeuren. Het gebruik van nieuwe media door studenten valt namelijk niet meer tegen te houden. In een poging om problemen te voorkomen ontwikkelen veel mbo-instellingen een protocol waarin ze met elkaar afspraken maken over online communicatie. Een goed idee om daar gezamenlijk over na te denken en misschien wel tot de conclusie te komen dat de waarden en normen die gelden voor offline en online communicatie weinig verschillen.
Waar nu aan gewerkt moet worden is het professionaliseren van docenten. Door hun vaak wat voorzichtige en kritische houding ten aanzien van nieuwe media weten docenten goed wat privacy inhoudt en kunnen ze informatie op waarde schatten. Mediawijs zijn ze dus wel. Maar voordat zij hun studenten iets kunnen leren over mediawijsheid moeten docenten ook mediavaardig zijn. Wat is Twitter en hoe werkt het? Op welke manier bouw je een goed professioneel netwerk op LinkedIn? Hoe gebruik je een zoekmachine op internet?
Voor studenten is dit allemaal niet zo’n probleem. Zij zijn opgegroeid met de nieuwe media en maken het zichzelf eigen. Mediavaardig zijn ze dus wel. Maar privacy is voor hen niet iets om wakker van te liggen. En daardoor gaat het nog wel eens fout. Een verkeerde tweet over een stagebedrijf heeft al een paar mbo-studenten hun stageplek gekost.
Docenten en studenten moeten dus samen aan de slag om mediavaardig én mediawijs te worden. Ondersteuning van een goede mediacoach is daarbij meer dan welkom!

-------------------------------------------------------------------

En nu hopen dat ze haar opleiding met succes afrondt en als mediacoach het mbo een handje gaat helpen op dit gebied.